Lichte toename kinderen met dyslexie

DEN HAAG- Het percentage kinderen die volgens ouders of verzorgers dyslexie hebben is sinds 2001 licht toegenomen. Van 2001 tot 2009 was dat gemiddeld 6 procent van de leeftijdsgroep van 7 tot 12 jaar. Tussen 2009 en 2016 is dit toegenomen tot gemiddeld 8 procent. Dit valt op te maken uit de Gezondheidsenquête van het CBS. Daarin geeft een ouder/verzorger aan of een kind dyslexie/woordblindheid heeft en of het kind daarvoor in het afgelopen jaar onder behandeling of controle van een huisarts of specialist is geweest.

Ook het percentage kinderen die volgens ouders voor dyslexie in behandeling waren is toegenomen. In de periode van 2001 tot 2009 was gemiddeld 27 procent van de kinderen met dyslexie onder behandeling of controle, vanaf 2009 was dat gemiddeld 43 procent. Van 2009 tot 2014 steeg het aantal geregistreerde behandeltrajecten voor dyslexie van 7 tot 32 per 1000 kinderen van 7 tot 12 jaar.

De toename van het percentage dyslectische kinderen die een behandeling ondergaan gaat gelijk op met de mate waarin dyslexiezorg wordt vergoed. Van 2009 tot en met 2014 werden diagnose en behandeling van dyslexie vergoed door de basisverzekering, in de periode daarvoor niet. Het recht op vergoeding werd vanaf 2009 stapsgewijs ingevoerd. Vanaf 2015 valt dyslexiezorg onder de Jeugdwet. Hiermee hebben gemeenten de taak gekregen de diagnose en behandeling van dyslexie te organiseren en financieren.
 
Meer dyslectische jongens dan meisjes

Bij jongens komt dyslexie vaker voor dan bij meisjes. In de periode van 2009 tot 2016 had gemiddeld 9 procent van de jongens van 7 tot 12 jaar volgens de ouders ernstige moeite met lezen en schrijven, ten opzichte van 6 procent van de meisjes. Dyslectische jongens en meisjes werden even vaak behandeld, in ongeveer 4 op de 10 gevallen.

Bekijk het hele bericht van het CBS hier.

 

 

 

Laatste nieuws