Basisscholen geven op dit moment ongeveer 175 duizend leerlingen het voorlopige schooladvies. Dat advies is geen verrassing, want al jaren voeren docenten gesprekken over scores op toetsen, werkhouding en motivatie. Vorig schooljaar ontstond er wel veel ophef over de doorstroomtoets. De basisschool moest vanaf 2024 het advies naar boven bijstellen als een leerling hoger scoort op de doorstroomtoets dan op de andere toetsen. Voor het praktijkonderwijs geldt dit overigens niet.
Het ministerie van Onderwijs liet in voorlopige cijfers zien dat 28 procent van de leerlingen een hoger schooladvies heeft ontvangen in 2024. In 2023 gebeurde dat bij 10 procent van de leerlingen.
Directeur Misha Berlijn van Wilhelminaschool in Helmond zag op de doorstroomtoets een onverwachte groei in vaardigheden bij de achtstegroepers. “Hoger is niet altijd beter”, aldus Berlijn. “Als een leerling op een niveau terechtkomt dat hij of zij niet aankan, dan is dat voor niemand goed.” De Wilhelminaschool kwam er uiteindelijk uit met de leerlingen en hun ouders.
Bij verschillende scholen ging het er anders aan toe. Leerlingen scoorden lager op de doorstroomtoets dan het advies dat de school eerder had gegeven. Het schooladvies dat hoger is, blijft dan staan. Voor het kind heeft dit dus weinig gevolgen.
De PO-Raad wil zo snel mogelijk terug naar één aanbieder en inmiddels heeft ook de Tweede Kamer een motie van D66 aangenomen om te kijken hoe ze weer bij één toets kunnen uitkomen. Het AOb, CNV Onderwijs, AVS en de PO-Raad roepen op om voor de motie te stemmen.
Praat mee
Heeft u al een account? Dan kunt u
Inloggen
Heeft u nog geen account? Maak dan een account aan